donderdag 30 maart 2017

Europa en de Boze Buitenwereld

Het Europese streven van vrede door economische samenwerking geldt alleen binnen de muren van Europa. Voor de Boze Wereld daarbuiten wordt nog altijd vooral naar militaire middelen gegrepen, maar dan niet in EU verband. De Europese Unie heeft nauwelijks militaire organen, defensie valt onder nationale lidstaten en de meesten EU landen zoeken hun defensiesamenwerking binnen de NAVO. Sommige lidstaten, zoals Frankrijk, willen al jaren dat de Europese defensie onafhankelijker wordt van de door Amerika gedomineerde NAVO. Dat resulteerde onder meer in de inmiddels weer ter ziele gegane West-Europese Unie, die bestond van 1954 tot 2011. Maar met name de Britten hechtten veel waarde aan de samenwerking met de VS en waren tegenstander van meer Europese defensie.
Mede door de Brexit ziet de stroming die de EU militair wil versterken zijn kans nu schoon. Federaal ingestelde Europese politici streven naar een gezamenlijke buitenlandse politiek van de EU, en daar hoort Europese militaire macht bij. Dwaallichten als de Poolse premier gaan zelfs zo ver dat ze pleiten voor een Europees kernwapen. Anders dan de NAVO heeft de EU echter geen militaire staf en budget, dus een echt Europees leger is nog ver weg. Maar om gezamenlijk Europees optreden van de lidstaten mogelijk te maken wil de Commissie er in elk geval voor zorgen dat alle soorten wapens in Europa beschikbaar zijn en geproduceerd kunnen worden. De Europese organisatie die dat moet gaan coördineren is het European Defence Agency (EDA), dat sinds kort valt onder de European External Action Service, zeg maar het ' buitenlandministerie' van de Europese Unie.

De Europese wapenindustrie vindt het natuurlijk een uitstekend plan. Tijdens de economische crisis, die in Europese landen tot bezuiniging op de defensiebudgetten leidde, heeft de wapenindustrie zich draaiende gehouden door flink in te zetten op export (nieuwe markten ontwikkelen) en diversificatie (onder meer grensbewaking), maar nu trekt de Europese wapenmarkt weer aan en, nog mooier, is de Europese Unie bereid om geld te investeren in wapenonderzoek. Voor 2017-2019 is er 90 miljoen euro begroot, hetgeen moet oplopen tot 3,5 miljard euro in 2021-2027. Ontwikkelingskosten van nieuwe producten (Research & Technology) liggen in de militaire sector relatief hoog, subsidiepotjes om deze kosten te dragen zijn voor de wapenindustrie dus heel aantrekkelijk.

Het idee is, dat er binnen de EU als geheel gaten vallen in de beschikbare militaire capaciteit die zonder de VS opgevuld moeten kunnen worden. Daar gaat de European Defence Agency nu aan werken. Het geld is alleen beschikbaar voor projecten die in een capaciteitsbehoefte van de krijgsmachten van de lidstaten voldoen. Die capaciteitsbehoefte (onder meer drones, cyber, satellieten) is door de EU ministers van defensie vastgesteld in een Capability Development Plan.

Eind maart moeten formele afspraken over het Defensie Actie Plan tussen EDA en de Europese Commissie rond zijn. Maar er zijn nog diverse haperingen. Er is onder meer geen duidelijkheid over de intellectuele eigendomsrechten van door de industrie uitgevoerde, maar met publiek geld betaalde onderzoeksresultaten. Ook is niet duidelijk hoe om moet worden gegaan met de voor militaire zaken gewenste vertrouwelijkheid en de controlerende rol van het Europees Parlement.

Het past in het Grote Verhaal dat Europa een gezamenlijke defensiemacht moet vormen. Wie dat Europese leger moet aansturen en wat de taken zouden moeten zijn is niet uitgekristalliseerd, en voorlopig lijkt er hierover ook weinig overeenstemming in zicht: de buitenlandspolitieke belangen van de lidstaten zijn erg verschillend en geen enkel land is bereid militaire zeggenschap af te staan. Wel bestaan er in Europa op verschillende gebieden vormen van bilaterale defensiesamenwerking, er is bijvoorbeeld een Belgisch-Nederlandse samenwerking op marinegebied. Maar het is heel wat anders om met twee of drie landen militair samen te werken dan met 27 landen. Er zullen zich mogelijk meer landen aansluiten bij militaire samenwerkingen, en mogelijk ontstaat een defensie-'kopgroep' van een paar landen, maar een echt Europees leger is nog ver weg. Het geld voor een Europese wapenindustrie is echter alvast veiliggesteld.